Vast opgestelde zendantennes in VLAREM
Om iedereen te beschermen tegen de gezondheidseffecten van elektromagnetische straling zijn er normen. De Vlaamse Regering keurde op 10 juni 2022 een besluit goed dat op 31 juli 2022 in werking trad. Het legt de normen vast voor elektromagnetische straling van vast opgestelde zendantennes die uitzenden met een frequentie tussen 100 kHz en 300 GHz. De normen werden opgenomen als milieuvoorwaarden en milieukwaliteitsnormen in VLAREM II. Ze gelden voor gsm-antennes, radio en tv, radioamateurs, antennes van hulp- en veiligheidsdiensten en defensie. Mobiele antennes zoals gsm-toestellen vallen niet onder deze regelgeving, hiervoor bestaan federale productnormen.
De beschrijving van de normen is gebaseerd op teksten uit VLAREM II, maar vervangen deze niet.
Cumulatieve norm voor de straling van alle vast opgestelde zendantennes samen
De blootstelling aan straling van alle vast opgestelde zendantennes (gsm, radio, tv, radioamateurs, radars, het ASTRID-netwerk voor communicatie tussen de hulpdiensten…) mag niet hoger zijn dan de norm in de tabel. De norm is een grenswaarde voor de elektrische veldsterkte (in Volt per meter, V/m) die op een bepaalde plaats kan gemeten worden. Dat wil zeggen dat de elektrische veldsterkte (gedurende 30 minuten gemeten gemiddeld) niet hoger mag zijn dan de grenswaarden van de tabel. De grenswaarde is afhankelijk van de frequentie omdat de absorptie (opname) van energie van de elektromagnetische straling in het lichaam afhangt van de frequentie. Hoe lager de frequentie, hoe hoger de absorptie. Daarom is de norm voor lagere frequenties ook strenger.
frequentie antenne (MHz) | Elektrische Veldsterkte (V/m) | voorbeeld van toepassing |
---|---|---|
380 | 13,7 | ASTRID (communicatie hulpdiensten) |
700 | 18,1 | 5G |
800 | 19,4 | 4G/5G |
900 | 20,6 | 2G/3G/5G |
1800 | 29,1 | 2G/4G/5G |
2100 | 30,7 | 3G/4G/5G |
2400 | 30,7 | wifi |
2600 | 30,7 | 4G/5G |
3500 | 30,7 | 4G/5G |
5200 | 30,7 | wifi |
Als er signalen van meerdere zendantennes kunnen worden gemeten op een bepaalde plaats (bv. van gsm-zendantennes, UMTS, radio, tv... ), dan moeten de elektrische velden worden opgeteld volgens een formule die in de wetgeving wordt vermeld.
De blootstellingsnorm geldt op alle publiek toegankelijke plaatsen, bv. straten, parken, scholen, ziekenhuizen, tuinen… Operatoren kunnen rond een zendmast wel een zone afbakenen die ontoegankelijk is voor het publiek: een zogenoemde veiligheidszone (bv. op een dak waar een zendantenne staat). Binnen die zone moet de norm niet gerespecteerd worden.
Naast de bovenstaande norm voor de elektrische veldsterkte, geldt er voor de lage frequenties van 100 kHz tot 30 MHz ook een norm voor de magnetische veldsterkte.
Norm per operator voor gsm-antennes en antennes voor draadloos internet
Naast de totale hoeveelheid elektromagnetische straling door zendantennes bestaat er ook een norm per operator voor gsm-antennes en antennes voor draadloos internet. Die norm per operator zorgt voor een extra beperking van de blootstelling. Deze norm per operator is van toepassing voor alle vast opgestelde zendantennes van één operator. De norm is afhankelijk van de frequentie, zoals weergegeven in de tabel:
frequentie antenne (MHz) | Elektrische Veldsterkte (V/m) | voorbeeld van toepassing |
---|---|---|
700 | 8,1 | 5G |
800 | 8,7 | 4G/5G |
900 | 9,2 | 2G/3G/5G |
1800 | 13,0 | 2G/4G/5G |
2100 | 13,7 | 3G/4G/5G |
2400 | 13,7 | wifi |
2600 | 13,7 | 4G/5G |
3500 | 13,7 | 4G/5G |
5200 | 13,7 | wifi |
Deze norm geldt voor vast opgestelde zendantennes voor gsm en internet (bv. gsm, UMTS...).
De norm is niet van toepassing op bepaalde andere zendantennes zoals:
- telecommunicatie in de luchtvaartsector, telecommunicatie bij spoorwegverkeer (gsm-r netwerk), telecommunicatie bij het openbaar vervoer en scheepvaart
- radarsystemen
- het ASTRID-netwerk voor hulp- en veiligheidsdiensten
- militaire toepassingen
- radio- en televisie-uitzendingen
- radioamateurisme
- straalverbindingen
Deze zendantennes moeten echter wel voldoen aan de cumulatieve norm.
De norm per operator geldt enkel op verblijfplaatsen omdat deze extra norm er net is om de blootstelling van de bevolking aan elektromagnetische straling te beperken op plaatsen waar mensen regelmatig verblijven. Verblijfplaatsen zijn bv. woningen, scholen inclusief speelplaatsen, ziekenhuizen en crèches.
Naast de bovenstaande norm voor de elektrische veldsterkte, geldt er voor de lage frequenties van 100 kHz tot 30 MHz ook een norm voor de magnetische veldsterkte.
Conformiteitsattest voor zendmasten
De antenne-eigenaar moet voor het in werking zetten van de installatie of voor een wijziging aan de antennes een conformiteitsattest aanvragen bij de Vlaamse overheid.
Stralingsmeting
Hoe een stralingsmeting in zijn werk gaat staat beschreven in dit ministerieel besluit.
Productnormen
Elektronische communicatie-apparatuur, zoals gsm's, draadloze telefoons (DECT) en draadloze netwerkapparatuur (wifi), moet voldoen aan de Europese R&TTE-richtlijn 1999/5/EG (R&TTE staat voor ‘Radio and Telecommunications Terminal Equipment’). Deze richtlijn legt vereisten vast voor het voorkomen van storingen en ter bescherming van de gezondheid en de veiligheid van de gebruiker en van andere personen. De producent moet aantonen dat zijn producten, bv. gsm-toestellen of draadloze netwerkapparatuur (wifi), voldoen aan deze vereisten.
Deze richtlijn bevat onder meer de maximale SAR-waarden. Fiche SAR (56 kB) (56.39 KB) "pdf" De wetenschappelijke basis voor de bepaling van de grenswaarden zijn de aanbevelingen van de ICNIRP (International Commission on Non-Ionizing Radiation Protection). Volgens de ICNIRP mag de stralingsabsorptiewaarde (SAR) niet groter zijn dan de volgende grenswaarden:
- 2 W/kg voor blootstelling van het hoofd en de romp (gemiddeld over 10 g lichaamsweefsel)
- 4 W/kg voor blootstelling van ledematen (gemiddeld over 10 g lichaamsweefsel)
- 0,08 W/kg voor blootstelling van het ganse lichaam (er wordt een lichaamsgemiddelde genomen)
Meer informatie over deze productnormen vindt u op de site van de Federale overheid.
- Zendantennes in de Vlaamse milieuregelgeving (Vlarem II)
- definities
- hoofdstuk 2.14 : milieukwaliteitsnormen (norm voor alle antennes)
- hoofdstuk 6.10 : milieuvoorwaarden (norm per operator)
- Ministeriële besluiten